JUSTITIEEL ONRECHT KAN JE OVERKOMEN ALS JE IN EEN VERKEERDE KUDDE ZIT.

JUSTITIEEL ONRECHT KAN JE OVERKOMEN ALS JE IN EEN VERKEER-DE KUDDE ZIT.

Hoe gewone mensen soms slachtoffer worden van fouten in het justitiële apparaat, is iets dat me altijd naar het hart is gegaan. Op 24 juli 2017 heb ik er hier dan ook al een artikel overgeplaatst: ‘Het dogma van de scheiding (onfeilbaarheid) van de machten,’ op 24 juli 2017.


Ook de zaak Julie Van Espen deed mij op 20 mei 2019 naar de pen grijpen: ‘Het dossier Julie Van Espen. Om dit te kunnen voorspellen, hoefde je echt geen waarzegger te zijn!’ Maar door de open brief van haar ouders meende ik dat ik dit toch nog een maal diende te doen.


De meeste mensen zijn kuddedieren, uitzonderingen er niet op na gesproken. Nu kunnen kuddes bij mogelijk gevaar twee reacties vertonen. Als de belager blijkt sterker te zijn, slaan ze snel op de vlucht. Alleen als die zwakker is, blijft ze rustig staan. Als er een troep leeuwen komt aangeslopen, draven de zebra’s snel weg, maar als een muis aan een van hun hoeven knabbelt, en dat ze stoort, durven ze al eens een tik uit te delen.


Nu lopen erin de samenleving heel wat kuddes rond. En minder machtige kudde, om niet te zeggen zwakke, is bijvoorbeeld die waar de man en vrouw in de straat deel van uitmaakt. Ze zetten het meestal op het lopen, behalve als het hen echt teveel wordt en ze zich in een revolutie stort. Die uitbarstingen van woede zijn echter grote uitzonderingen op de regel.


Maar er zijn ook machtige kuddes in een samenleving, bijvoorbeeld die van Justitie. Als die in botsing komt met de kudde van de volksmensen, weet je al bij voorbaat wie eraan het langste eind zal trekken. Nu gebruikt men het woord ‘kudde’ vooral voor onze dierlijke viervoeters, terwijl men het afgeleide ‘kuddegeest’ bezigt voor het mensdom. Dit woord betekent dat de leden van één sociale groep altijd in dezelfde richting denken en bij dreigend gevaar de rijen sluiten.


Weinigen zullen betwisten dat een kind verliezen, zowat het meest tragische is wat iemand kan overkomen. Al zijn erin dit verdriet nog gradaties. Een kind verliezen door ziekte is erg, maar gewoonlijk kunnen mensen dit gemakkelijker een plek geven dan bijvoorbeeld je kind verliezen door moord. En dit tragische leed moeten de ouders van Julie Van Espen nu proberen te verwerken.


In hun verwerkingsproces richtten ze zich in een open brief aan de kudde, die in hun ogen een grote verantwoordelijkheid draagt voor de dood van hun kind, namelijk de sociale klasse van Justitie. Zo reageerden ze op het verslag van de Hoge Raad voor Justitie op dit dossier. Daarin stelde de HRJ dat het onmogelijk was om uit te maken of de moord op Julie Van Espen had vermeden kunnen worden, indien het Antwerps gerecht anders met de zaak was omgesprongen’. De familie was hierin zeer duidelijk: ‘Julie had nog geleefd indien iedereen binnen het gerecht zijn verantwoordelijkheid had opgenomen. Daarnaast kunnen we ons niet van de indruk ontdoen dat dit dossier met fluwelen handschoenen werd aangepakt.’


In het bewuste verslag gebruikte de HRJ immers regelmatig het woord ‘disfuncties’, terwijl de familie durft te stellen dat het om grove nalatigheden gaat. Bovendien stoorde het hen ook mateloos dat er nergens in het verslag ook maar met één woord gerept wordt over sanctioneringsmaatregelen. Het ligt nochtans absoluut in de mogelijkheid van de HRJ om een tuchtprocedure op te starten.


In de open brief somt de familie vervolgens de door Justitie in dit dossier gemaakte nalatigheden en fouten op. Je kan ze nalezen in de bewuste brief, die je gemakkelijk op internet vindt.


De familie besluit de opsomming met volgend voorbeeld. Ik gebruik die ook graag om iets aan te tonen, omdat voorbeelden vaak meer zeggen dan al dat theoretisch gedoe, dat meestal moet dienen om recht te praten wat krom is. ‘Wat zou de maatschappij ervan denken indien de directeur van de Zoo een leeuw los zou laten rondlopen in zijn domein en deze leeuw daarbij een kind zou aanvallen en doden? En wat zouden de burgers dan vinden indien de directeur met volgende uitleg zou komen: ‘Tja, ik had niet voldoende middelen om deze leeuw in een kooi te zetten, dus er zat niets anders op dan hem in vrijheid te laten lopen, in afwachting van de nodige middelen…’


Na het verslag van het HRJ is de euro van de familie allicht al gevallen, dat de bewuste magistraten zonder enige blaam zullen wegkomen. Uit de open brief blijkt dat ze geen domme mensen zijn, en wellicht hadden ze dat ook verwacht. Daarom doen ze enkele aanbevelingen om de werking van Justitie te verbeteren, omdat de dood van hun dochter niet tevergeefs zou zijn geweest. Ze pleiten voor de oprichting van een Comité J naar voorbeeld van het Comité P bij de politie. De verdere aanbevelingen in de brief vind je ook op internet.


Dit dossier doet me in grote lijnen denken aan de zaak Dutroux, toen Justitie ook al onder vuur lag. In de jaren negentig stond heel België op stelten, maar Justitie had zelfs het lef om de bevolking te schofferen door onderzoeksrechter Jean-Marie Connerotte van de zaak te halen, omdat hij aanwezig was bij een spaghettiavond waar ook slachtoffers aan tafel zaten. Men zou hem wel eens kunnen verdenken van vooringenomenheid. De rechters die toen dit besluit namen, werden ‘wereldvreemd’ genoemd. De loodgieter van dienst was toen Jean-Luc Dehaene, die handig de volkswoede wist te temperen met allerlei beloftes. We zien wat er tegenwoordig van in huis is gekomen. Ik vrees dat Justitie anno 2020 nog altijd even wereldvreemd is.


Ondanks de mooie woorden van politici van allerlei slag, mag je ervan uitgaan dat het Comité J er nooit zal komen. Daar kan je enkele redenen voor opnoemen. Justitie is een belangrijke kudde in onze staatstructuur. Er zal opnieuw geschermd worden, wat al gebeurd is, met de scheiding van de machten. Onze staatstructuur (het woord rechtstaat is niet aan mijn besteed) steunt al heel lang op dit principe. Je kunt je de vraag stellen of het geen tijd wordt om dit eens van naderbij te bekijken. Of dit oud beginsel nog wel is aangepast aan het functioneren van onze moderne democratie. Niet uit een vorm van populisme, wat de voorstanders ‘van laat alles maar bij het oude’ al te graag zullen roepen, maar wel om de democratische werking van onze instellingen te verbeteren?


In HLN van 12 februari ll. zei professor strafrecht Joachim Meese: ‘Wij mogen ook niet in een situatie belanden waarbij rechters afgestraft worden, als blijkt dat iemand die ze vrijgelaten hebben toch een misdaad begaat. Dan heb je binnenkort geen rechters meer.’ Nog een leuke bemerking: ‘Een juridische beslissing van een rechter kan nooit beschouwd worden als een fout.’ Dat je het maar weet. En als je geen fout hebt gedaan, dan kan je ook niet gestraft worden. Zo simpel is dat. Waarom zou de familie van Julie Van Espen het dan moeilijk maken.


De bewuste professor heeft een advocatenbureau, met andere woorden maakt hij ook deel uit van de Justitiële kudde, en je stoot natuurlijk beter nooit de autoriteit voor het hoofd, die moet oordelen over de belangen van jouw cliënten. Neen, door ons fantastisch systeem van de scheiding van de machten kan Justitie zich alles permitteren.


Enkele dagen geleden was er een voorbeeld dat de burger in deze ook niet veel moed geeft. Rond het euthanasiedossier van Tine Nijs hing er een sterke geur van beïnvloeding van de rechterlijke macht vanuit ultra-katholieke hoek. Walter Van Steenbrugge, advocaat van een van de beschuldigde artsen, had aan het Parlement gevraagd om dit te onderzoeken. De kamer verwierp nipt de motie. De belangrijkste neen-stemmers aan Vlaamse kant waren het VB en de N-VA. Dat je dit ook maar weet. Hun argumentatie: ‘Het komt aan de HRJ zelf toe of zo’n onderzoek al of niet nodig is. (Marijke Dillen – VB.) ‘Dit goedkeuren zou een ordemotie van wantrouwen zijn jegens de HRJ. (Peter De Roover – N-VA.)’


Het zal wel opnieuw dezelfde weg opgaan zoals met de zaak Dutroux. ‘Ze dronken een glas, deden een plas en alles bleef zoals het was!’ Het zal je kind maar wezen.


Antwerpen, 3 maart 2020


François THIJS,
noch meester, noch knecht.