NEEN, NIET CONAN DE BARBAAR. MAAR CONNER DE VERNIEUWER!

NEEN, NIET CONAN DE BARBAAR. MAAR WEL CONNER DE VERNIEU- WER!

Het kan niet anders dan dat alleen idealisten een kleine kans maken om een zieltogende, gescleroseerde partij als de sp.a te reanimeren. Het is alleen jammer dat je die in de politiek bijna nooit tegenkomt. En als men zich als iemand, die toch nog begiftigt zou zijn met een dosis idealisme, hoe klein ook, toch geroepen zou voelen om deze taak op zich te nemen, heb ik één gouden raad: ‘Blijf er weg!’ Of je komt uit de partijpolitiek beschadigd buiten, of je wordt een cynische zombie.


Er lopen natuurlijk heel wat zelfverklaarde idealisten in de politiek rond, maar als je die naast de definitie: ‘Een idealist is iemand die zich nooit in zijn of haar vrijheid van denken laat beteugelen en zijn of haar ideeën nooit ondergeschikt maakt aan persoonlijk gewin,’ kom je niet ver. Dit kan de vorm aannemen van geld, maar ook uit het louter verwerven van macht.


Nu moeten partijen eenmaal geleid worden en elk bestuur heeft meestal een voorzitter. Men kan op twee manieren op zoek gaan naar mogelijke kandidaten. Of men kijkt rond in het eigen milieu, of men gaat op zoek naar een buitenstaander. Met een kandidaat uit de eigen partij heeft men de zekerheid dat men geen kat in een zak koopt. Zo iemand draait al even in het apparaat mee en men weet wat men aan die persoon in kwestie heeft. Als zo iemand bijvoorbeeld voorzitter wordt en zwart geld in de brandkast van de partij vindt, kan je erop aan dat die dit niet meteen aan de grote klok gaat hangen. Nu heb ik dit Frank Vandenbroucke nooit verweten, omdat je dit van een partijlid, van welke kleur dan ook, nooit kunt verwachten. Iemand die dit zou doen, raakt in geen 100 jaar aan de top van om het even welke partij.


Men kan ook op zoek gaan naar een buitenstaander, maar dat gebeurt meestal alleen als de nood hoog is. Zo hoog was die blijkbaar nog niet bij de sp.a. Hun nieuwe voorzitter is een kind van het huis. Conner Rousseau is immers een loot van de socialistische stamboom. Zijn moeder was senator en beëindigde haar politieke loopbaan als burgemeester van Sint-Niklaas. Grootmoeder heette Maria Desmet en was een van de eerste vrouwen die voor de socialisten senator was. Vader Jo is sp.a-gemeenteraadslid in Nieuwpoort en was vele jaren directeur van Barkentijn, een jeugdvakantiecentrum van de socialistische mutualiteit. De telg van deze familie, gepokt en gemazeld in het rode systeem, moet nu de partij naar de 21ste eeuw brengen, al is die bijna twee decennia bezig. Ik zie de affiches al bij de volgende verkiezingen: ‘Met Conner komt de verandering eraan!’


Je zou kunnen stellen dat je om anno 2019 voorzitter te worden van de sp.a ofwel oerdom moet zijn, maar dat zal wel niet, de jongeman heeft gestudeerd, lijden aan hoogmoedswaanzin, wat eigen is aan veel socialisten, een masochist of zelfs een kamikazepiloot moet zijn. Maar laten we onze Conner als teken van goede wil even het voordeel van de twijfel geven. Hij zal deze taak wel op zich hebben genomen door jeugdige overmoed.


Maar kan een 'traditionele' partij, verweven met vakbonden en ziekenfondsen, met andere woorden, die gepokt en gezadeld in het systeem zit, ooit voor verandering zorgen? Kan onze Conner daarom de zolang verwachte verlosser zijn? Wellicht is hij eerder de laatste van de Mohikanen. Als hij de sp-a doodskuil iets minder diep kan maken, zal hij al blij mogen zijn.


Op dit ogenblik loopt erop CANVAS de serie ‘Kinderen van het verzet’ Een van de geïnterviewden is de Antwerpse kunstschilder Jan Vanriet, van wie de ouders ooit lid waren van het Onafhankelijkheidsfront. Een van mijn ooms is daar ook actief geweest, maar is gelukkig nooit opgepakt. Het kan bijna niet anders dan dat hij aan de ouders Vanriet bekend moet zijn geweest. Onze familie is trouwens ook van Hoboken, waar vader Vanriet nog schepen voor de BSP is geweest. Jan Vanriet is zoals ik vrijzinnig maar als je gelovig zou zijn, kan je hem gerust betitelen als ‘Een van de goede schapen in de kudde van onze lieveheer.’ De man straalt geen greintje kwaadaardigheid uit.
In oktober 2009 las ik in De Morgen met hem een interview, dat ik altijd bewaard heb, omdat er iets in stond dat nog altijd in mijn geheugen zit.


‘Ik ben wel even actief geweest in de SP van Hoboken, maar heb daar een serieuze aanvaring gehad met iemand die me op een partijvergadering compleet heeft afgemaakt. Als dit het partijleven is, dacht ik, laat het dan maar aan mij voorbij gaan. Sindsdien loop ik er met een grote bocht omheen.’


Mensen die aan politiek doen zonder bijbedoelingen en daarom vrij en vrank voor hun mening uitkomen, dus niet meehuilen met de wolven in het bos, kan men immers in de ‘partaai’ missen als koude pap.


In wezen zou een socialistische partij een ledenbeweging moeten zijn van mensen zoals Jan Vanriet. En ik sluit niet uit dat er hier en daar nog een brave ziel ronddoolt. ‘Braaf’ bedoel ik niet kleinerend en is zeker ook geen synoniem voor ‘dom’. Maar de meesten zijn allang door de wolven opgevreten.


Ik wens onze Conner veel succes. Maar: ‘Ni fokke me mij hé gast!’


Antwerpen,  12 november 2019


François THIJS,

noch meester, noch knecht.